Net terug van een memorabele 8 – daagse solorondreis doorheen Peloponessos, het grootste schiereiland van Griekenland ten zuiden van het Griekse vasteland, tevens mythologisch grondgebied der Griekse goden én bakermat van onze Westerse ‘beschaving’, wetenschap en cultuur. Van Athene naar Athene met de auto, in ‘wijze’rzin en geflankeerd door Egeïsche, Ionische en Middelandse zeeën. 1500km – vnl. fenomenale bergen, landschappen en uitzichten – later is ‘grandioos’ echt het enige woord dat in de buurt komt van deze intens verrijkende ervaring.
En dan kom je thuis en weergalmt het van de typische “en nu back 2 reality!” – reacties…
Euh, over welke realiteit hebben jullie het precies? De realiteit van het ‘moeten’? Ons gevecht met de klok? De groeiende intermenselijke do(o)fheid? De echte en ingebeelde ziektes, de inherente bepampering en commerce?
No thanks!
Vergeef me de arrogantie maar ‘geleefd worden’ is echt wel een keuze hoor, hoe groot de zwaartekracht van onze gewoontes en geautomatiseerde levenswandel ook is (geworden), hoe zwaar die obese agenda ook weegt, hoe vaak we ook met “ja, maar” – reacties schermen, hoe sterk die genotscompenserende roesmiddelen ook werken en verdoven. Het dagelijkse donker – dat we ‘onze realiteit’ noemen – smacht naar veel meer en systematisch toegepast ‘reislicht’, naar geopende ogen, handen, harten en zielen vooral. Want, wie te vaak naar vakantie zucht, leeft simpelweg verkeerd…
Ik ben voor alle duidelijkheid diep ontroerd, gelukkig en vol inspiratie teruggekeerd om met nog meer historisch – filosofisch getinte diepgang mijn dromen verder te stretchen tòt ze helemaal realiteit zijn geworden. Voor minder dan het beste ga ik niet, nu niet, nooit niet, en dat geldt evenzeer voor jou, voor jullie, voor elke zichzelf respecterende ander. Het hoeft geen betoog dat het leven kort en zo voorbij is, het hoeft ook geen betoog dat je perse en effectief moet reizen om je horizon te verbreden. Het gaat veeleer om de reisattitude in het leven :
“los van elke bestemming, nieuwsgierig en onbevangen blijven voor je omgeving, je indrukken, dromen van jezelf en ook deze van anderen, het wonder der natuur, het bijzondere der (on) toevallige ontmoetingen, het geluk te kunnen ademen, te kunnen bewegen, te kunnen genieten van wat er wél is, en dit in volle bewondering voor het mysterieuze micro- en macrokosmische spel dat we lot en zelfs noodlot noemen.”
En welke lichtpuntjes haal ik verder nog uit mijn reiskoffer? Dat :
1Ook al schenkt het solo-reizen een immense rijkdom, het delen van deze ervaringen echter is echt van onschatbare waarde
Je komt meermaals jezelf tegen, dat klopt, in de planning, de tocht, het genieten, het grootse maar ook in de stilte, de eenzaamheid, de ongeplande blokkades, het vergankelijke. Dit ervaren zorgt gevoelsmatig voor een heel rijke ervaring, het delen of liever het niet kunnen delen ervan werpt een schaduw. Geen licht zonder schaduw, zoveel is duidelijk. Het is – zoals Aristoteles zei – dat we vooral ‘in donkere momenten goed gefocust moeten blijven op het licht’. Sterretjes zien dus, in alle betekenissen. All-één leren zijn met jezelf is een kunde, all-één leren zijn met jezelf en tegelijk echt samen met één ander een ware kunst.
2Ook al schept een goede voorbereiding rust, het is de situationele flexibiliteit onderweg die pas echt vleugels geeft
Angst is vaak een gebrek aan kennis en voorbereiding. ‘To be prepared is half the victory’, zei Cervantes, en dat klopt als een bus (als je van controle houdt). Wanneer je echter bandenpech hebt in de bergen (des levens) of Zeus je met hagel en bliksems bekogelt en daarbij je (levens)pad soms gigantisch glad maakt en slipgevaar dreigt, dan is trager rijden, een hier – en – nu focus, en misschien wel je reisschema bijsturen de enige echte gezonde en veilige optie, tenzij je hardleers bent natuurlijk. Op die manier ontdek je ook andere plekken en mensen of de plekken en mensen op een totaal andere manier.
3Ook al maakt zoveel natuurlijke en historische pracht je bijzonder nietig, tegelijk wakkert het de herinnering aan van onze gedeelde oorsprong én grootsheid
We zijn slechts een kosmisch stofje dat hier tijdelijk ronddwarrelt en zo weggeblazen kan worden. We worden zo gevormd door een persoonlijk, een collectief, een historisch verleden. Je kan je pas echt vrij beginnen voelen door enerzijds (h)erkenning, herinnering van én eerbied voor je eigen en collectieve afkomst én anderzijds door in dankbaarheid – om alleen en samen dit avontuur te mogen beleven – te gedijen. En tegelijkertijd bruist het van groeiend weten dat je deel uitmaakt van iets sterkers en groters dat het petje van je vaak bekrompen ego ver te boven gaat.
4Waar je ook bent, schoonheid en helpende handen aanwezig zijn, tenminste als je ervoor openstaat, en je mond durft open te doen
De werkelijke diepe wortels van schoonheid schuilen in een open geest en hart, de ogen, die volgen alleen maar. Wie scheef denkt, kijkt scheef en gaat scheef.. Mooie uitzichten, mooie mensen, mooie dingen, ze zijn alomtegenwoordig, tenminste als je er aandacht voor hebt, het wil ontdekken en zien. Wanneer je enkel stormt doorheen de tijd, de activiteit én de intimiteit zie je niks van werkelijke waarde. En wanneer er een blokkade op je pad komt, je op pech wordt getrakteerd dan bulderlachen die grapjassen van goden in koor, want, echte ontmoetingen die vinden pas plaats wanneer in kwetsbaarheid het hart van de ander wordt geraakt, en diens handen uit de mouwen schieten.
5Blijven werk maken van je dromen veel gezonder én leuker is dan blijven dromen over je werk
Niet wachten op verlof, ziekte, nieuwjaar of tegenslag en crisis is dé boodschap. Momenten van herbronning inplannen, dagelijks, wekelijks, maandelijks is niet enkel gezond, het zorgt tevens voor opening naar je werkelijke dromen, je diepere wensen en doelen. Alleen door grenzen te stellen schep je ruimte. Op die manier blijf je waarlijk in contact en hou je echt voeling met jezelf en je omgeving, hetgeen essentieel is in een wereld vol af- en verleiding, verblinding en vervlakking. Zo blijf je niet dromerig maar wakker, geraak je niet verdwaald maar blijf je op koers, dooft je kaars niet helemaal maar blijft ze branden, verwarmen en ook voor warmte zorgen.
– Steve Van Herreweghe –